Table of Contents
Lezingen
- Vespers: Psalm 71:5-7 & Markus 4:35-41
- Metten: Psalm 57:8-10 & Lukas 24:1-12
Liturgie
- Paulinische brieven: 1 Korinthe 16:12-24
- Katholieke brieven: Jakobus 4:7-17
- Praxis: Handelingen 15:4-12
- Psalm & Evangelie: Psalm 71:7-8 & Mattheüs 12:22-28
Introductie
“Toen sprak de engel Rafaël tot hem: Luister eens naar me; ik zal u uitleggen, over wie de duivel macht kan hebben.” (Tobit 6:16).
“En de God van de vrede zal de satan spoedig onder uw voeten verpletteren. De genade van onze Heere Jezus Christus zij met u. Amen.” (Romeinen 16:20).
[Ja, Heer! O Heer, U die ons macht gegeven heeft om op slangen, schorpioenen, en op elke vijandelijke macht te trappen: verpletter zijn hoofd spoedig onder onze voeten. Laat al zijn kwade gedachten die weerstand bieden aan de onze verstrooid en van ons afgewend worden. Want U bent de Koning over ons allen, O Christus onze Heer.] (Eerste Absolutie van de Afsluiting van het Ochtend- en Avondwierookgebed – Liturgie van St. Gregorius)
[Hij heeft gezegd, “Het Koninkrijk van God is bij u gekomen.”. Dat betekent: Zoals ik een Mens als u ben geworden, en door de Geest van God duivels uit heb kunnen drijven, zo is de hele mensheid door Mij rijk geworden in het koninkrijk der hemelen; glorie ontvangende om duivels uit te drijven en boze geesten te bestraffen.] (Paus Cyrillus de Grote).
[Daarmee heeft Hij het bestaan van de koninklijke autoriteit van de Heilige Geest (de vinger van God) onthuld. Evenzo, en omdat de Heilige Geest in ons woont, zijn we als koninklijke woningen geworden. Daarom zegt Hij elders: “Het Koninkrijk van God is binnen in u.” (Lukas 17:21).] (St. Ambrosius – Commentaar over Mattheüs 12 – Vader Tadros Yakoub Malati)
Opmerkingen over de lezingen van de dag
De Katholieke Brieflezing van deze Dag – (Jakobus 4:7 – 17) – is enigszins vergelijkbaar met die van (Jakobus 4:7 – 5:1 – 5) – voor de vierde zondag van Mesore.
De Lezing van deze Dag spreekt over de struikelblokken die de overwinning op de duivel in de weg staan: zoals oordeel, kwaadsprekerij en geklaag tegen de broeders; terwijl die van de vierde zondag van Mesore, door de toegevoegde verzen, “de laatste dagen” aangeeft (Jakobus 5:3).
De Praxislezing van deze Dag (Handelingen 15:4 – 12) is vergelijkbaar met die van (Handelingen 15:6 – 12) voor 24 Hatho. Op deze Dag, en door de toegevoegde verzen (4 – 5), wordt de Joodse weerstand tegen de heidenen getoond, die werden ontvangen zonder eerst Joods te worden. Ondertussen duidt de lezing op 24 Hathor (de herdenking van de 24 priesters) op de boodschap van het priesterschap: de verkondiging van het heil van de volkeren door het werk van de Goddelijke genade.
Uitleg van de lezingen
De lezingen van deze zondag zijn gericht op de Zoon van God, “de triomferende”, die voortdurend de krachten van de duisternis met al hun werken en autoriteiten afschrikt.
Om te beginnen, de Psalmen wijzen op het eren van God in alle naties (Metten Psalm), met de gehele mensheid (die van de Liturgie), tijdens alle fasen van het leven (Vespers Psalm).
Door de Vespres Psalm zien we hoe de ziel de kracht van haar God en Verlosser waarneemt; daarom stelt zij al haar hoop en vertrouwen op Hem:
“Want U bent mijn hoop, Heere HEERE, mijn vertrouwen vanaf mijn jeugd.” (Psalm 71:5)
In de Metten Psalm verandert deze waarneming in een daad, een opstanding, een belijdenis, en het verheffen van Zijn grote naam onder de volken en mensen:
“Ik zal de dageraad doen ontwaken. Ik zal U loven onder de volken, Heere; ik zal voor U psalmen zingen onder de natiën. Want Uw goedertierenheid is groot tot aan de hemel,” (Psalm 57:9-11)
Daarom wordt door de Liturgie Psalm de glorie van God over de mens en ten alle tijden geopenbaard:
“Laat mijn mond vervuld worden met Uw lof en met Uw luister, de hele dag.” (Psalm 71:8)
Het Evangelie van Vespers toont de kracht en autoriteit van de Heerser over de natuur en het universum, die de angsten van Zijn kinderen stilt:
“En Hij, wakker geworden, bestrafte de wind en zei tegen de zee: Zwijg, wees stil! En de wind ging liggen en er kwam een grote stilte.” (Markus 4:39). De wind symboliseert de duivel; en de zee, de wereld.
“En Hij zei tegen hen: Waarom bent u zo angstig? Hebt u dan geen geloof? En zij vreesden met grote vrees en zeiden tegen elkaar: Wie is Deze toch, dat zelfs de wind en de zee Hem gehoorzaam zijn?” (Markus 4:40 – 41)
Liturgielezingen
Deze lezingen spreken over de aanwijzingen van heerschappij en overwinning (Paulinische brieven), hun struikelblokken (Katholieke brieven), en hun kracht om vreemde volken aan te nemen (Praxis).
De Paulinische brief moedigt elke menselijke ziel aan om de sleutels tot heerschappij en overwinning te hebben, die zijn: waakzaamheid, standvastigheid in het geloof, en liefde:
“Wees waakzaam, sta vast in het geloof, wees manmoedig, wees sterk. Laat alles bij u in liefde gebeuren… Groet elkaar met een heilige kus… Als iemand de Heere Jezus Christus niet liefheeft, laat die vervloekt zijn. Maranatha!” (1 Korinthe 16:13-14, 20, 22)
Tegelijkertijd waarschuwt de Katholieke brief ons voor de struikelblokken die in de weg staan van heerschappij en overwinning: het afwijzen van berouw, kwaadspreken over elkaar, leeg roemen over de hoogmoed van het leven, en het wegblijven van dienen:
“Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen! … Broeders, spreek geen kwaad van elkaar… In plaats daarvan zou u moeten zeggen: Als de Heere wil en wij leven, dan zullen wij dit of dat doen. Maar nu roemt u in uw hoogmoed. Al zulk soort roem is slecht. Wie dan weet goed te doen, en het niet doet, voor hem is het zonde.” (Jakobus 4:8, 11, 15-17)
De Praxis toont de heerschappij van de kerk, met haar ruimte en vrijgevigheid om nieuwe leden van verschillende nationaliteiten te ontvangen; en zij neemt geen genoegen met enkel hen die zich binnen de schuur bevinden, maar zij kijkt ook uit naar degenen die buiten haar zijn:
“Mannenbroeders, u weet dat God lang geleden onder ons mij uitgekozen heeft, zodat de heidenen uit mijn mond het woord van het Evangelie zouden horen, en zouden geloven. En God, de Kenner van de harten, heeft getuigenis aan hen gegeven door hun de Heilige Geest te geven, evenals aan ons; en Hij heeft geen onderscheid gemaakt tussen ons en hen… Maar wij geloven door de genade van de Heere Jezus Christus op dezelfde wijze zalig te worden als ook zij.” (Handelingen 15:7-9, 11)
Aldus concludeert het Evangelie van de Liturgie dat de kracht van de Zoon van God over demonen absoluut en onbeperkt is. Want toen Satan de mens beroofde van de drie meest prominente krachten of gaven: rede, zicht en spraak, kwam de Zoon van God om deze te herstellen. Hij gaf en geeft zelfs Zijn kinderen die heerschappij over de duivel, om anderen te bevrijden:
“Toen werd er iemand bij Hem gebracht die door een demon bezeten was en die blind was en niet kon spreken; en Hij genas hem, zodat hij die blind was en niet had kunnen spreken zowel kon spreken als zien… ‘En als Ik door Beëlzebul de demonen uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze dan uit? Daarom zullen die uw rechters zijn. Maar als Ik door de Geest van God de demonen uitdrijf, dan is het Koninkrijk van God bij u gekomen.'” (Mattheüs 12:22, 27-28)
Samenvatting van de lezingen
Samenvattend, heerschappij en overwinning komen door de persoon van onze Heer en Verlosser Jezus, aan wie alle glorie toekomt (Liturgie Evangelie).
Hij heeft niet alleen de autoriteit over de duivel, maar ook over de natuur (Metten Evangelie).
Om deze heerschappij in ons leven te erkennen, hebben we echter waakzaamheid, liefde, en standvastigheid in het geloof nodig (Paulinische brief).
Daarnaast moeten we oplettend zijn om niet onberouwvol te blijven, om kwaadsprekerij over elkaar te vermijden, en om te waken tegen de hoogmoed van het leven (Katholieke brief).
Ook moeten we ons bewust zijn van onze beperkingen, zodat we de ontvangst van anderen niet beperken (Praxis).
Laten we dus al onze hoop op Hem stellen en Zijn naam belijden, opdat wij vervuld zullen zijn van Zijn glorie (Vespers, Metten, en Liturgie Psalm).